Paus Leo: ‘Ik heb u liefgehad’
Over het verspreiden van de liefde van Christus
Foto: Bisdom Rotterdam
“Dilexi te” oftewel “Ik heb u liefgehad” is de titel van de apostolische exhortatie van paus Leo XIV die op 9 oktober verscheen. De tekst is deels nog geschreven door paus Franciscus.
“De Heer spreekt deze woorden [Ik heb u liefgehad] tot een christelijke gemeenschap die, in tegenstelling tot sommige andere, geen invloed of middelen had en in plaats daarvan met geweld en minachting werd behandeld”, schrijft paus Leo. “Deze liefdesverklaring, ontleend aan het boek Openbaring, weerspiegelt het onuitputtelijke mysterie waarover paus Franciscus nadacht in de encycliek Dilexit Nos over de menselijke en goddelijke liefde van het hart van Jezus Christus.”
“Daar zagen we hoe Jezus zich identificeerde ‘met de laagsten van de samenleving’ en hoe Hij, met zijn liefde tot het einde toe, de waardigheid van ieder mens bevestigt, vooral wanneer ‘zij zwak, veracht of lijdend zijn’. Als we nadenken over de liefde van Christus, worden ook wij geïnspireerd om meer aandacht te hebben voor het lijden en de noden van anderen, en worden we gesterkt in onze inspanningen om deel te nemen aan zijn bevrijdingswerk als instrumenten voor de verspreiding van zijn liefde.”
Veel onderwerpen komen aan bod in de tekst. Onder meer schrijft de paus over de sociale leer van de Kerk. “Het leergezag van de Kerk in de afgelopen 150 jaar is een ware schatkamer van belangrijke leerstellingen over de armen”, schrijft de paus. Als voorbeeld geeft hij de encycliek Rerum Novarum van Leo XIII. “Paus Leo XIII behandelde de arbeidskwestie, waarbij hij wees op de ondraaglijke levensomstandigheden van veel industriële arbeiders en pleitte voor de totstandkoming van een rechtvaardige sociale orde.”
“Door uw inspanningen of uw eenvoudige, oprechte gebaar van nabijheid, zullen de armen zich realiseren dat Jezus’ woorden persoonlijk tot ieder van hen gericht zijn.”
“Ook andere pausen hebben zich over dit thema uitgesproken”, vervolgt paus Leo. “De heilige Johannes XXIII riep in zijn encycliek Mater et Magistra (1961) op tot gerechtigheid op wereldschaal: rijke landen konden niet langer onverschillig blijven tegenover landen die leden onder honger en extreme armoede; in plaats daarvan werden zij opgeroepen om hen royaal te helpen met al hun goederen.”
De paus schrijft over het Tweede Vaticaans Concilie en besteedt ook aandacht aan de encycliek Caritas in veritate van paus Benedictus XVI, die hij citeert: “Hoe meer we ons inspannen om een gemeenschappelijk goed te verzekeren dat beantwoordt aan de werkelijke behoeften van onze naasten, hoe effectiever we hen liefhebben.” Paus Leo wijst op zondige structuren die armoede en extreme ongelijkheid veroorzaken en op de inzet die nodig is om de structurele oorzaken van armoede aan te pakken.
Hij sluit zijn tekst af met een oproep. De lezer wordt uitgenodigd om de titel ter harte te nemen: “Door uw werk, uw inspanningen om onrechtvaardige sociale structuren te veranderen of uw eenvoudige, oprechte gebaar van nabijheid en steun, zullen de armen zich realiseren dat Jezus’ woorden persoonlijk tot ieder van hen gericht zijn: ‘Ik heb u liefgehad’.”
Paus Leo XIV schrijft over de heilige diaken Laurentius in zijn exhortatie (nr. 38). Laurentius is de patroonheilige van het bisdom Rotterdam.
“[Hij] toonde zijn trouw aan Jezus Christus door martelaarschap en dienstbaarheid aan de armen te verenigen. Uit het verslag van de heilige Ambrosius leren we dat Laurentius, een diaken in Rome tijdens het pontificaat van paus Sixtus II, door de Romeinse autoriteiten werd gedwongen om de schatten van de Kerk af te staan. ‘De volgende dag bracht hij de armen met zich mee. Toen hem werd gevraagd waar de beloofde schatten waren, wees hij naar de armen en zei: “Dit zijn de schatten van de Kerk’.’
Terwijl hij dit verhaal vertelt, vraagt Sint Ambrosius: ‘Welke schatten heeft Jezus die kostbaarder zijn dan die waarin hij zich graag laat zien?’ En, eraan herinnerend dat dienaren van de Kerk nooit de zorg voor de armen mogen verwaarlozen, laat staan goederen mogen vergaren voor hun eigen voordeel, zegt hij: ‘Deze taak moet worden uitgevoerd met oprecht geloof en wijze vooruitziendheid. Als iemand er persoonlijk voordeel uit haalt, begaat hij zeker een misdaad; maar als hij de opbrengst onder de armen verdeelt of een gevangene vrijkoopt, verricht hij een werk van barmhartigheid’.”
Beeldje van de heilige diaken Laurentius uit de HH. Laurentius en Elisabeth Kathedraal. (Foto: Bisdom Rotterdam)