Vertrek van de Broeders van Sint Jan uit Den Haag
De broeders waren sinds 2004 actief in de stad
Foto’s: Bisdom Rotterdam
Op zondag 7 september is in Den Haag met een eucharistieviering stilgestaan bij het vertrek van de Broeders van Sint Jan uit Den Haag. De Broeders van Sint Jan kwamen in 2004 op uitnodiging van Mgr. Van Luyn naar Den Haag. Sinds 2012 waren ze verantwoordelijk voor het Willibrordushuis en hebben zij de missie van dit huis voortgezet en uitgebreid: voor evangelisatie en geestelijke oase in het hart van Den Haag, onder de noemer van een “stadsabdij”.
Bisschop Van den Hende is hoofdcelebrant in de eucharistieviering die wordt gehouden in de kapel van het Willibrordushuis aan de Oude Molstraat in Den Haag. Pater Mattheus (prior) en pater Ignatius (provinciaal) concelebreren samen met andere priesters. Pater Mattheus dankt in zijn openingswoord alle aanwezigen voor hun komst. De kapel is te klein om iedereen een plek te geven. Daarom zijn twee zalen ingericht waar mensen mee kunnen vieren via een livestream.
“Als we vandaag deze eucharistie vieren, is het om het vertrek van de broeders van Sint Jan te markeren,” zegt bisschop Van den Hende in zijn homilie. “In vertrouwen dat de Heer met ons verder gaat. En zoals u weet willen we ons ook echt inspannen om deze plaats als een kerkelijk huis te bewaren, waar gebeden wordt, waar de gemeenschapszin van de Heer leeft en waar ook anderen een open deur vinden als ze op zoek zijn naar God.”
“Vandaag zijn we hier voor de heilige Eucharistie omdat we Christus centraal stellen. Hij is het centrum van ons leven, het centrum van onze Kerk en van alles wat wij doen en ondernemen”, aldus de bisschop. De broeders hebben vele harten voor de Heer gewonnen, zegt de bisschop. “En als wij de broeders loslaten dan betekent dat, dat we graag ook in deze eucharistie bidden om zegen. Dat hun dienstwerk, dat hun roeping in de wereldwijde Kerk verder mag gaan met opnieuw vruchten en opnieuw ook offers, met opnieuw plannen en ook uitdagingen.”
“Mogen wij vandaag in dankbaarheid terugkijken, en ook God om zegen vragen voor dit huis en voor de broeders. We zijn in de Kerk met elkaar verbonden en het is de Heer die onze richting bepaalt, die vervulling geeft aan ons leven. En mogen we steeds opnieuw bij Hem beginnen en Hem vragen om het goede in ons te voltooien en zo om te vormen dat het vrucht draagt telkens weer, tot vreugde en tot vrede”, aldus de bisschop.
Aan het eind van de eucharistieviering blikt provinciaal pater Ignatius kort terug op de ruimt twintig jaar dat de broeders in Den Haag waren. Hij dankt de broeders die in Den Haag hebben gewerkt. “In deze jaren zijn wij vooral ook verrijkt door al degenen die hier met ons hebben meegewerkt en met ons hebben meegebeden”, zegt hij. “Dank aan u allen voor uw vriendschap.”
Na de eucharistieviering is er een druk bezochte receptie in het Willibrordushuis.
De Broeders van Sint Jan verlaten als religieuze gemeenschap Den Haag, omdat de Europese provincie te kampen heeft met een tekort aan broeders. In een mededeling van 6 juli geven de broeders aan, dat zowel de broeders van de priorij alsook het provinciale bestuur bedroefd zijn over het besluit. Ze hadden ook in de toekomst graag hun bijdrage geleverd. In het bericht bedanken de broeders in het bijzonder de mensen die in de loop van de jaren met hen hebben samengewerkt in hun missie evenals het bisdom Rotterdam voor het in hen gestelde vertrouwen.
Bijzonder dierbaar is de broeders de begeleiding van de verschillende woongemeenschappen in het huis. In deze periode hebben zij ook vele groepen mogen ontvangen van katholieke en protestantse afkomst en hebben de broeders geassisteerd in het parochiepastoraat in de parochie “Sterre der Zee”.
De Broeders van Sint Jan hebben het bisdom Rotterdam aangeboden om na 1 september voor een overgangsperiode voor het pastoraat in het Willibrordushuis beschikbaar te blijven.
Het bisdom Rotterdam respecteert het besluit van de broeders, maar vindt het jammer dat de bijdrage van de broeders aan het plan van de “Stadsabdij” stopt. Het bisdom beraadt zich over de toekomst van het huis en zal in afstemming met de huidige woongemeenschappen de mogelijkheden bekijken om het huis als een plaats van geloof en gemeenschap in de stad te behouden.