Het bisdom vroeg om bij het doorgaan van de Prinsjesdagviering de geldende richtlijnen van het “protocol kerkelijk leven op anderhalve meter” te respecteren en de richtlijnen voor het gebruik van een rooms-katholiek kerkgebouw
Naar aanleiding van vragen op 20 september van het Nederlands Dagblad aan het bisdom Rotterdam inzake de Prinsjesdagviering 2021 heeft het bisdom een toelichting gegeven aan de krant inzake geluiden die de krant had vernomen dat het bisdom zou hebben geprobeerd de Prinsjesdagviering van 21 september te laten annuleren.
Het bisdom heeft aangegeven:
Toen het bisdom begreep dat de bijeenkomst “Prinsjesdagviering 2021” zou worden gehouden als een besloten evenement, in overleg met de gemeentelijke autoriteiten met een bezetting tot 2/3 van de capaciteit, afgerond tot niet meer dan 700 bezoekers en met een coronacheck bij de ingang van de kerk, is aangegeven dat dit niet in de lijn is van het gebruik van rooms-katholieke kerkgebouwen volgens het “protocol kerkelijk leven op anderhalve meter”. Het bisdom heeft om naleving van het protocol gevraagd.
Omdat de organisatie vervolgens aangaf dat het geen liturgische kerkelijke viering betreft, heeft het bisdom gevraagd erop toe te zien dat er niet wordt gelezen uit heilige boeken en dat er geen sprake is van gebeden door de verschillende godsdiensten. Het gebouw blijft hoe dan ook een kerkgebouw van de R.-K. Kerk. Een rooms-katholiek kerkgebouw is namelijk niet bestemd voor interreligieuze vieringen. (Volledigheidshalve: voor oecumenische vieringen geldt het Oecumenisch Directorium.)
Het bisdom heeft dus op twee momenten gevraagd om bij het doorgaan van de “Prinsjesdagviering 2021” geldende richtlijnen rond het gebruik van het rooms-katholieke kerkgebouw te respecteren. In eerste instantie is daarbij gewezen op het “protocol kerkelijk leven op anderhalve meter”. In tweede instantie is daarbij gewezen op richtlijnen voor vieringen.